Spel over onthoudwoorden met tweeklank ou/au

Spel met ijslollystokjes met snor en lippen. Auditieve discriminatie + actief vertellen

Memory - welke dieren zijn insecten? En hoe kan je dat zien?

Articulatie en pittigheid oefenen bij kinderen op gevorderd niveau

articulatie /r/ in cluster

De cliënt moet de opdrachten uitvoeren en de juiste ingrediënten in de toverketel doen.

/r/ cluster initiaal

Voltooid deelwoord met klankverandering

Te gebruiken als lotto of memory In te zetten bij woord en zinsniveau

Het lezen van MKM woorden. Deze kaarten moeten gecombineerd worden met het Bunny Hop spel. Wortel: het aantal stappen dat vooruitgegaan mag worden Draaischijf: draaien aan de wortel

Vier op een rij om tweeklanken op klank- of woordniveau te schrijven

Basis picto's acute fase

Gooi met de dobbelsteen om te kijken hoeveel vakjes je moet benoemen. Gooi nog eens om het aantal herhalingen te bepalen en kleur de bolletjes. Ga verder tot alle bolletjes gekleurd zijn.

Leuke memory om met kinderen te doen. Hiermee kun je woordenstap vergroten. Doel is de namen van baby's van de dieren leren.

dobbelsteenspel articulatie /z/ mediaal bij 4 woorden

Kan op woordniveau en zinsniveau gebruikt worden.

Een memory met de meest voorkomende au-woorden. Veel plezier!

Handige tabel om per sessie de VFE bij te houden. De verschillende vocalen werden opgenomen in de tabel.

Pictozinnen 'ik zoek de ... ' en 'ik heb de ... gevonden'

Prenten zwart wit bij minimale paren

Prent minimaal paar voor hoortraining - stempelen of schijfjes sorteren

S syllabeniveau

Spelletje om de verschillende klanken uit het eerste en tweede leerjaar onder de knie te krijgen. Schrijf wat je ziet.

Hiermee kan je de verschillende choco's uitknippen en op de boterham kleven. Bij elke 'chocho' dat je op de boterham kleeft, zegt het kind choco

bordspel

Bewerkingen niveau 6de leerjaar onder de vorm van rekentaal: vermenigvuldigen met grote getallen - breuk van een getal nemen - optellingen met meerde termen - vemenigvuldigingen met meerdere factoren - rekenbegrippen - volgorde van bewerkingen

E+TE, TE+/-E, TE+/-TE (met en zonder brug)

Het kind moet telkens het juiste woord selecteren uit de 3 gegeven woorden. De zinnen kunnen daarna verbonden worden met het bijhorende prentje.

Met deze oefening kan je volgende woorden auditief aanbieden: rok - likken - ribben - look - rond - leeuw - rits - rijst - ladder.

Verzamel alles wat je nodig hebt om in de tuin te werken. Neem een kaartje, lees het voor en de andere schrijft het op.